Verzameld werk. Deel 3(1976)–Pierre Kemp– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 1291] [p. 1291] O, doof uw lamp. O, doof Uw lamp, Gij, die daar door mijn gaard geruischloos treedt in 't vallen van den nacht, en stoor mij niet, want ik wil droomen zacht onder het sluimrende plataangeblaart. O, doof Uw lamp, heur weifelende klaart' hindert de komst der droomen, die 'k verwacht, wier wezen reeds onzichtbaar ommewaart diep in der boomen zwaar-zwartgroene dracht. O, doof Uw lamp, of berg ze in Uw gewaad! Ik riep U niet, en Gij, Gij hindert mij gelijk de klamme reuk van d'avonddamp, die ijl gereze' uit vochtige vallei drijft als een sluier op de lucht. Verlaat mijn gaard! ga heen, ver! ver!! of doof Uw lamp... Vorige Volgende