Verzameld werk. Deel 2

[p. 738]

Bet-over-groot-jumbo

In zulk een groen en geel, gelakt voor kinderogen
en op het blik zo prachtig-onvolmaakt,
heel innig door kindervingers bewogen
en met zijn vieren veilig ingehaakt,
beweegt de jonge trein zich langs onzichtbre sporen
met de koperen wieltjes in gedroomde voren.
Rood-zwarte banden om de ketel,
met zwarte kraag om de gitten schouw
en niet eens een gepolsterde zetel,
als de machinist of stoker rusten wou.
Al even onzichtbaar gaan de reizigers mee
achter gesloten gordijnen
van klasse drie, van klasse een en twee
en wordt het avond gaan de lampen schijnen.
Dan brandt er bij de klokjes in de stuurcabien
ook het licht, dat alleen de spelende kinderen zien.