Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
Limburgensia

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0,73 MB)

Scans (6,79 MB)






Genre
non-fictie

Subgenre
bibliografie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Limburgensia

(1947)–Mathias Kemp

Vorige Volgende

Handel en nijverheid, verkeer.

180. Affaires des prises d'eau à la Meuse. Leiden, Sijthoff, 1937. (568 en 89 blz.)

‘Een monument voor een geschil’, heeft men dit werk van 600 blz. omvang wel genoemd. Daarbij komt nog een uitgave van een paar honderd blz., welke aan het besproken boek voorafging, en dat de uitspraken van het Internationaal Hof van Justitie te 's Gravenhage bevatte, benevens de hiervan afwijkende memories van eenige leden ervan individueel.

Het geschil tusschen Nederland en België inzake de wateraftappingen uit de Maas bij Luik en Maastricht dateerde al van 1830, werd wel geregeld omtrent

[p. 153]

1863, doch ontbrandde met verdubbelde heftigheid in de periode 1920-1937, bij den aanleg van het Juliana- en het Albertkanaal. Hierbij waren voor Limburg groote belangen voor handel en scheepvaart betrokken; aan de eerste aftappingen heeft men het verloopen van de scheepvaart op de Maas, in de zestiger jaren, toegeschreven, al kan de toenemende tonnage der schepen daar eveneens niet vreemd aan zijn. Het geschil 1920-1937 had een politieken achtergrond. Het demonstreerde een ontstellend onverstand bij staatslieden, hooge ambtenaren en juristen en leerde meteen dat men zich niet voorbarig aan voorspellingen wagen mag.


Vorige Volgende