13. Gedenkboek van het eerste tienjarig tijdperk van het Landstormkorps Limburgsche Jagers 1915-1925. Maastricht, Gebrs. van Aelst, 1925. (108 blz.)
Dit boekje zou van weinig algemeen belang zijn, wanneer niet twee hoofdstukken er in voorkwamen die van directe beteekenis zijn voor de geschiedenis van ons gewest. Op de eerste plaats noemen we de beschouwing gewijd aan de Limburgsche Jagers als Bondscontingent (1842-1866) en vervolgens: De Limburgsche Jagers als handhavers van orde en gezag. Beide korpsen hebben alleen maar den naam gemeen. Het eerstgenoemde hield op met het uittreden van het wat operette-achtige hertogdom Limburg uit den Duitschen Bond. Dit contingent telde in zijn meest Limburgsche formatie: 25 officieren, 878 onderofficieren en minderen, 1 regimentskind en 332 officiers-, rijksrij- en rijkstrekpaarden. Het latere corps verwierf zich onvergetelijke verdiensten, door wat men zou kunnen noemen de bezetting van Rotterdam in 1918, toen revolutie dreigde in ons land. We treffen in dit gedenkboek niet alleen een aantal portretten aan, doch ook afbeeldingen van de uniformen van het eerste corps.