Valkenburg en Rolduc, en aan beide gebieden is een afzonderlijk deel gewijd (dl. VI: Codex diplomaticus Valkenburgensis, en (dl. VII: Annales Rodenses ) terwijl verder in andere deelen nog uitvoerig verhaald wordt omtrent dezelfde Landen van Overmaze, die nagenoeg heel ons tegenwoordig Zuid-Limburg omvatten.
Niettegenstaande deze beperking geven we in de eerste reeks dezer beredeneerde bibliographie, gewijd aan Limburgensia, Ernst de eereplaats. We noemden hem alreeds een baanbreker, we mogen hem ook prijzen als een geleerde in modernen zin. Dit standaardwerk ontstond na een behoorlijke bronnenstudie, geeft veel wat voordien ongepubliceerd was of al te zeer verspreid, en getuigt ook meteen van veel critischen zin. Natuurlijk, na ruim honderd jaar kwam er op menig feit in de historie onzer gewesten een ander licht te vallen, doch dit tast de waarde van deze ‘Histoire de Limbourg’, evenzeer van belang voor Luik en Rijnland, nauwelijks aan.
Ernst bepaalt zich niet tot de geschiedenis der genoemde gewesten (en terloops van Maastricht) doch geeft ook bijzonderheden omtrent de natuur ervan, handel, nijverheid en verkeerswezen en zelfs eenige statistieken. De vijf eerste deelen vormen een min of meer afgeronde geschiedenis, de beide laatste zijn, als opgemerkt, gewijd aan Valkenburg en Rolduc. Het geheel werd gepubliceerd door den Luikschen geleerde Ed. Lavallaye, die de teksten van noten voorzag en van een korte levensbeschrijving van den auteur liet voorafgaan.