Er is niets nieuws onder de zon

[p. 21]

Hoofdstuk 4
God houdt van dieren

In eerste instantie was dit stukje bedoeld i.v.m. Dierendag op 4 oktober.

Vindt u het gek als ik zeg dat God van dieren houdt? Wat heeft God eerst geschapen: de mens of de dieren? Juist, en toen werd de mens geschapen, met de opdracht: het beheer en de zorg voor de schepping. Adam moest zelfs de dieren een naam geven naar hun aard. Ik geloof niet dat hij daar ooit mee klaargekomen is want zelfs heden ten dage ontdekt men nog dieren die nog niet bekend waren terwijl andere niet meer bestaan bijv, de in de Bijbel genoemde ‘Leviathan’. Ook als de wereld bedreigd wordt door de zonvloed moet Noach een ark bouwen voor het behoud van de dieren: landdieren, zowel tamme als wilde dieren, vogels (vissen konden zichzelf wel redden). Weer een bewijs dat God van dieren houdt, want de meeste ruimte in de ark werd ingenomen door de dieren en Noach moest voor deze dieren zorgen. Die zorg voor de schepping, waaronder ook de dieren, geldt heden ten dage ook nog voor ons. Stel u het leven eens voor zonder dieren:geen vogels die 's morgens zingen, geen kikkers die 's avonds kwaken, geen hond die z'n baas enthousiast verwelkomt en je 's nachts waarschuwt voor ongewenste gasten, geen kat die een beetje melk of vis zeurt maar ondertussen ratten, muizen en kakkerlakken op een afstand houdt. Naast onze zogenaamde huisdieren hebben we ons vee, dat zorgt voor melk, boter, kaas, vlees en noem maar op. Verder houden we ook bijen voor de honing. Ook in de Bijbel lezen we veel over dieren en hoe er mee om te gaan. Drachtige en zogende dieren mochten niet geslacht worden en denk bijv, aan deze tekst: Een dorsende os zult ge niet muilbanden, d.w.z. je mag een dier dat voor je ‘werkt’ z'n voedsel en drinken niet onthouden. Als u de natuurfilms op de T.V. wel eens volgt zult u zeker onder de indruk zijn hoe wonderbaarhjk God alles gemaakt heeft ‘een ieder naar hun aard’ zegt God tegen Adam.

Hoe prachtig heeft God ieder dier toegerust met die eigen-schappen die ze nodig hebben voor hun instandhouding: zintui-

[p. 22]

gen, camouflage, lichaamsbouw, spierbeheersing etc. De zorg voor hun jongen zou nog heel wat ouders ten voorbeeld kunnen strekken, want, laten we eerlijk zijn: de zorg en aandacht voor onze kinderen, daar schort bij velen nog wel het een en ander aan.. De juiste omgang met dieren kan een grote vreugde voor de mens zijn en menig verdrietig kind heeft troost gevonden bij z'n lievelingsdier. Laten we de kleinen dit niet onthouden. Denk ook aan de opvoedkundige waarde van het verzorgen van dieren: ze leren daardoor verant woordelijk heidsgeheidsgevoel en ook verdraagzaamheid.

Ook eenzame oudjes kunnen veel gezelschap hebben aan een huisdier maar als je dan hoort dat misdadige elementen zo'n huisdier doodschieten of vergiftigen, dan is dat voor zo'n oudje een groot verdriet.

Een grote dierenvriend in de vroege middeleeuwen was Franciscus van Assissie. Verhalen en legenden over zijn omgang met dieren en 'de natuur zijn legio. Ik denk bijv, aan zijn omgang met ‘broeder wolf’. In die tijd waren wolven een bedreiging voor de mens, maar Franciscus wist zelfs met deze wolf om te gaan. Zijn sterfdag, 4 oktober wordt nog steeds over de hele wereld als werelddierendag in ere gehouden. Gelukkig zijn er organisaties die de bescherming van het dier (tegen de mens!) behartigen.

Denk aan het Wereldnatuurfonds, Greenpeace, Dierenbescherming, Stinasu e.a. maar onze houding en zorg voor het dier zouden deze organisaties overbodig moeten maken.

God heeft het dier geschapen tot zijn eer en Glorie en Hij zorgt voor zijn schepping en verwacht van ons dat we dat ook doen.

In psalm 147 o.a..

‘Hij hoort het geschreeuw der jonge raven’. Als God dat hoort dan doet hij er ook iets aan. Ook geen musje valt ter aarde zonder de wil van de Hemelse Vader. Toen ik tegen iemand zei: God houdt van dieren antwoordde hij: dus God houdt niet van mensen. Ik antwoordde: natuurlijk houdt God van mensen maar dat is een heel ander verhaal! (maar ik kan me voorstellen dat God met sommige mensen wel een beetje moeite heeft). Er zou nog veel over dieren, hun gedrag, hun verzorging en alles

[p. 23]

wat er mee samenhangt te zeggen zijn maar dan zou dit een boek worden en dat is niet de bedoeling.

Het voornaamste is dat we, vooral als Christen, eerbied en bewondering hebben voor Gods schepping en ons ook dienovereenkomstig gedragen. En.... geef de aan uw zorg toe vertrouwde dieren eens een extra lekker hapje en aandacht......ook al is het geen dierendag.