Zeemansliederen(1876)–H.C. Juta– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 17] [p. 17] Het anker. Het anker op, en lós de touwen En dan een luid, een luid hozee! Wij gaan de wijde zee bebouwen, Wees gegroet, wees gegroet, gij veil'ge reê! Wees gegroet gij veil'ge reê. Hoort gij het buldren der kanonnen? Het is een groet aan 't Vaderland; Hoezee de mutsen in de hand! Met moed den verren tocht begonnen; Het zeegat uit met moed En naar het ruime sop, In top! In top! De wimpel op, en alle zeilen, zeilen los. Vooruit! Het schip is onze woning, Wij leven daar zoo frank en vrij, Op zee, de kommandant is koning, En matrozen, en matrozen zijn volk zijn wij. En matrozen zijn volk zijn wij. [pagina 18] [p. 18] Wij willen Neêrlands eer bewaren In oorlog, en in vrede en rust; Daarom wij hooren op de kust Niet t'huis, maar op de wijde baren; Geen twist of muiterij, Voor 't heil der maatschappij Gaan wij, gaan wij, Oud-Neêrlands vlag, oud-Neêrlands vlag vertoonen op zee. v. mallinckrodt. Vorige Volgende