Christelijck vermaeck(1645)–Anthony Jansen– Auteursrechtvrijbestaende in verscheyden stichtelijcke rijmen en gesangen Vorige Volgende [pagina 254] [p. 254] Ziel-zucht. Toon: O Heyligh, Zaligh Bethlehem. Gheluckigh die een reyn ghewiss' Van Godt almachtig heeft verkregen, En die uyt d'aerdtsche duysternis, Bereyckt 'et licht van Godes weghen. 2 En daerom bid ick, Heyligh Godt, Liefhebber van een deftigh leven, Gun dat ick staegh nae u Ghebodt Mach met vermaeck en liefde streven. 3 Leyt, Heer, mijn gang en mijn gemoet, En stuert mijn licht-verleybre sinnen [pagina 255] [p. 255] Nae 't eenigh, eeuwigh Opper-goedt, Op dat ick Christo mach gewinnen. 4 Al tree ick somtijdts uyt de baen, Die my van u is voorgheschreven, Siet, Heer, mijn jeucht en swackheyt aen, En wilt 'et my uyt gunts vergheven. 5 Sterckt mijn geloof en swacke geest, En stort in my veel goe gedachten: En soo een Ziel die voor u vreest, Yet meer dan 't Hemels te betrachten. 6 Soo sal ick wesen meer gherust, Deur dien ghy doet mijn ziel op-rijsen, En t' sal my zijn de hoogtste lust V goetheydt meer en meer te prijsen. Liever. Vorige Volgende