Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687

7220. Aan prins Willem III. (K.A.)

Hierbij gaan brieven van de leden van het Parlement te Oranje. ‘Il y

[p. 453]

a divers points, mais le principal est bien de l'angoisse où se trouve ceste pauvre ville, ne pouvant detraquer (?) de l'obeissance qu'ils doibvent à leur souverain, et de l'autre se voyans à la veille de se veoir malmener du costé de la France, dont il est apparent que la violence va monter au plus haut comble, et que ce M. de Montanegue¹⁾ vient y mener quelques trouppes pour contraindre ces bons sujets à demolir ceste merveilleuse muraille, beau sujet de ruiner des miserables qui ne peuvent mais de ce qui arrive.’ Wij wachten uwe bevelen, maar begrijpen niet, wat er tegen zulke daden van geweld kan worden gedaan. Juist toont de heer Berckhoffer mij brieven van later datum uit Oranje, nl. van den 16^den. Er zijn 4000 dragonders onder Montanegues en de la Lande²⁾ ingekwartierd, die de schandelijkste dingen bedrijven. 26 Aug. 1684.

1) Zie blz. 445, Noot 2.

2) Deze voerde het bevel over een regiment, dat Oranje bezet had.