Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687
(1917)–Constantijn Huygens[p. 442] | |
7186. Aan Don Emanuel de Lira1). (K.A.) Fr.In de laatste weken durfde ik de Haarlemsche courant niet inzien, uit vrees daarin een slecht bericht te zullen lezen, daar ik wist, dat gij ernstig ziek waart. Nu verneem ik uit dezelfde bron, dat gij geheel hersteld zijt, en ik wensch u daarmede van harte geluk. Het spijt mij echter, dat ik u voor uw vertrek uit den Haag niet meer gesproken heb. 18 May 1682. Sinds drie weken moet ik wegens de jicht mijne kamer houden en maak nu maar puntdichten2). |
|