Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687

7060. François Verssen. (K.A.)

Waarde neef, ik kom uwe hulp inroepen voor eene genealogische quaestie. De jongste zoon van mijn oom, consul Lodewijk Verssen⁵⁾, die nog een klein kind was, toen ik Frankrijk verliet, is daar opgegroeid onder de bescherming van den hertog de la Force⁶⁾ en werd zijn secretaris en later intendant van zijn huis. Hij is nu ongeveer veertig jaar oud en wil trouwen, maar zou gaarne willen bewijzen, dat hij edelman is. Ik kan hem niet helpen, maar gij kunt dat misschien wel. Grootvader J. van Verssen was secretaris van den graaf van Hohenlo⁷⁾, en van mijn overgrootvader Laurens heb ik nog een portret, voor 122 jaar geschilderd. Onze grootmoeder schijnt eene dochter te zijn geweest van Jhr. Anthony de la Rudele, rentmeester van René de Chalons. Zoo vind ik nog wel een en ander, maar gij weet er waarschijnlijk meer van en kunt beter helpen. Rotterdam, den 23^en Septemb. 1677.

5) Zie I, blz, 150.

6) Zie II, blz. 94.

7) Philips graaf van Hohenlo (1550-1606), de bekende krijgsoverste uit het begin van den tachtigjarigen oorlog.