Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687
(1917)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend6978. J. de HuybertGa naar voetnoot1). (H.A.)Ik ben een paar dagen met mijne vrouw en kleinen zoon uit de stad geweest en hoor bij mijne t'huiskomst, dat gij aan mijn huis zijt geweest en morgen weer vertrektGa naar voetnoot2). Kunt gij morgen niet komen, om ‘een schooteltje spijs op zijn Zeeus met ons te eeten ende voorts naer desselfs gelegentheijt en genegentheijt eenige dagen verblijfs bij ons te houden?’ Mijne dochter is uit Antwerpen terug. Middelburch, den 25 Julij (1675)Ga naar voetnoot3). |
|