Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687

6824. J. de Huybert. (H.A.)

Van middag ontving ik uw brief en hoorde daaruit, dat het u goed gaat. Het verheugt mij zeer, dat uw zoon kans heeft op een zoo eervol ambt⁷⁾; dat is beter dan de betrekking van pensionaris. Deze ambtenaren toch hebben in vele steden, ‘waer halve brutale regeringen zijn, als in deselve stadt op huyden schijnt te wesen, ende waervan den heere Staefvenisse⁸⁾ levende getuijge noch is,’ vele moeilijkheden. ‘Oock is de goede provincie van Zeelandt sedert de blijde inkoomste van den Heere Prince van Orange in sijne voor desen welgestelde regeringe ontrent policie, justitie, finantien en militie, oock mochte ick segge[n], religie, gealtereert en gebouleverseert, dat se veeleer naer een generale confusie, als eene welgestelde regeringe sal smaecken, soodat ick alle eerlijcke luijden geluckich achte, die daerbuiten zijn ende daerinne niet en tremperen’ ..... Middelburch, den 25 Februarij 1672.

7) Zie No. 6834.

8) Zie V, blz. 393.