Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687
(1917)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend6751. Aan BeauregardGa naar voetnoot1). (K.A.)Z.H. vindt het concept der kwijtschelding goed, behalve de woorden ‘de toutes choses passées jusques à present’, daar het dan zou schijnen, of gij voor geld vergiffenis kocht voor de eene of andere begane fout, terwijl er toch alleen quaestie is van rekeningen. Aan het Bureau wordt medegedeeld, aan wie de som moet worden uitbetaald. Het beslag, op een deel van uwe bezittingen gelegd, zal worden opgeheven. A la Haye, ce 20e Mars 1670. |
|