Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687

6607. Sibylle de Montbeliard¹⁾.

Uw brief van 9 Juni aan den heer Froberger²⁾ heb ik geopend, daar de geadresseerde nu juist zeven weken geleden aan eene beroerte gestorven is. Hij is plotseling gestorven, na het uiten van enkele woorden, en niemand heeft hem kunnen helpen. Zelve ben ik er bij geweest. ‘Nuhn der liebe Gott erwecke ihn mit freuden und gebe das wir einander im himlischen und Englishen Musenchor wider antreffen megen.’ Ik heb zorg gedragen voor eene behoorlijke begrafenis van mijn trouwen en vlijtigen leermeester, die zich zooveel moeite getroost heeft, om mij iets van zijne kunst te leeren. De begrafenis heeft den 10^den Mei plaats gehad; de voornaamste bedienden van mijn zwager en vele goede vrienden van den overledene uit Montbéliard waren tegenwoordig. Ik ben zeer bedroefd over den dood van den braven man en ben overtuigd, dat gij in dat gevoel deelt. Héricourt, den 25 Juni 1667.

1) Het Hs. was in het bezit van Dr. E. Schebek te Praag, die den brief heeft uitgegeven in Zwei Briefe über Johann Jacob Froberger, Kais. Kammer-Organist in Wien, 1874. Ook gedrukt bij Jonckbloet en Land, t.a.p., blz. CC.
Sibylle de Montbéliard was waarschijnlijk de weduwe of de schoonzuster van George van Wurtemberg, vorst van Montbéliard (zie blz. 165) en woonde te Héricourt.

2) Zie No. 6583.