Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687

6456. W. Boreel. (A.B.)

Ik dank u voor uw schrijven na mijn verlies. Van den man, waarnaar gij mij vraagt, kan ik u niets zeggen. ‘Mais l'on parle de divers engins a feu, qui se sont fait voir, masquez en aultres formes, comme grands et beaux navires de guerre montez de grosses pieces, non pas de fonte verte, mais tournees

[p. 152]

de bois et painctes de couleur de cuivre, et lesquels porterent des grandes bannieres et pavillons, pour donner l'envie aux nostres de les chercher et attaquer. Mais ce stratageme n'a pas reussy, et nos navires bruslez et sauttez en l'air ne sont point de l'operation des susdites masques, mais bien des bruslots ordinaires qui se sont appliquez aux nostres, estants dans la confusion et s'accrochants les ungs aux autres dans l'estonnement ou ils furent, voyants saulter l'admiral. Le dommage des quatorze navires qui manquent, a compte faict, n'est pas sy considerable, que la perte de reputation¹⁾.’ Het verlies van den vijand kunnen wij niet te weten te komen. Te Londen zijn penningen geslagen op de overwinning. Ik vrees voor een oorlog tusschen Frankrijk en Engeland en hoor, dat er sprake is van een verbond tusschen Engeland en Spanje. Als dat het geval is, zal heel Europa partij kiezen. A Paris, 14 Juillet 1665.

1) Er is hier sprake van den ongelukkigen zeeslag bij Lowestoff op 13 Juni, waarbij Wassenaer van Obdam met zijn schip in de lucht vloog.