Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687

6225. Lucia van Aerssen-Walta. (H.A.)

Hartelijk dank voor al uwe moeite! Wilt gij nu nog eens mooie zakdoeken voor mijne dochter koopen? Mijn zoon wil geene boodschappen voor zijne zusters doen. ‘De vrou van Oudyck⁴⁾ hebbe wy Maendach savens in den Hag geerege; is tot den heer en vrou van Beverweert seer beleeft ontfangen en gelogeert; daermee is den heer van Oudyck heel geholpen en vt het losse spek geraekt.’ Den 21 Februvarj (1664)⁵⁾.

4) Willem Hadrian van Nassau, heer van Odijk (1632-1705), was de tweede zoon van Lodewijk van Nassau, heer van Beverweerd, en Elisabeth gravin van Hornes (vgl. II, blz. 186). Na een buitengewoon loszinnig leven te Parijs, werd hij kapitein in dienst der Staten en in 1664 ritmeester. Den 24^sten Januari van dat jaar werd hij te 's-Gravenhage in ondertrouw opgenomen met Elisabeth van der Nisse, eene rijke Zeeuwsche erfdochter. Van de hooge positie, die hij later bekleedde, heeft hij misbruik gemaakt door zich op allerlei wijze te verrijken, waarvoor hij na den dood van Willem III gestraft is.

5) Plaats en jaartal ontbreken, maar Huygens teekende aan: R. Par., 26 Feb. 64.