Briefwisseling. Deel 5: 1649-1663
(1916)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend6122. Prinses Amalia van Oranje. (H.A.)Uw laatste brief geeft weinig hoop, dat wij iets zullen ontvangen van de subsidies, die aan den Koning zijn toegestaanGa naar voetnoot2). Toch moet gij aanhouden, want, als het Parlement uiteen is gegaan, moeten wij later van voren af aan beginnen. ‘C'est tousjours une grande avance que les Anglois mesme[s] ayent faict la supputation des interests, ce qu'ilz pouvoient plus exactement que nous, et sera aussi moins sujet a contradiction. Vous avéz tres-bien faict de prier le Roy de ne mettre point vos projects en d'autres mains que secretes et affidées, et suis bien aise que Sa Maj.té l'ayt approuvé. - Je me represente bien la peine que vous avéz a rembarrer ces malicieux esprits des Sylvius et des Porteclaires, qui se voient tant appuyéz contre la justice, et la raison’. Ook die nieuwe stukken van katholieken uit Oranje doen mij veel genoegen; gij moet ze eens aan de Koningin-Moeder laten zien. Als wij in den Haag terug zijn, zal er werk worden gemaakt van portretten van den Prins. Die arme Achard moet zeker geholpen wordenGa naar voetnoot3). A Breda, ce 12 Juillet 1663. |
|