Briefwisseling. Deel 5: 1649-1663
(1916)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend5973. Prinses Amalia van Oranje. (H.A.)Beauregard heeft dus geen succes gehad met zijne kunstgrepen; gij hebt hem heel goed bestreden. Uw laatste brief aan den heer le Tellier is heel goed; mij dunkt, de minister moet nu wel inzien, dat die twiststoker hem bedrogen heeft. Ook den toon van uw brief aan Sauzin prijs ik zeer; het Parlement heeft verkeerd gehandeld, maar het is beter nu niet al te bar te zijn en hen te prijzen, die de rechten van den Prins verdedigd hebben. In de brieven, die Parlement en Bureau aan mij hebben geschreven, wordt het gedrag van Beauregard zeer veroordeeld. Zijn vriend zal zich, na uw laatste gesprek met hem, wel over Beauregard schamen. - Zou het, daar uw brief aan den heer le Tellier zoo goed is, niet geschikt zijn dergelijke brieven te schrijven aan de andere ministers? ‘Je suis marrie de la disgrace du comte de Brienne filzGa naar voetnoot1), qui estoit vostre ami, pour l'estat que vous pouviéz faire de sa bonne volonté en vostre negociation.’ De Raad zal u schrijven over de papieren van het geslacht de la ChambreGa naar voetnoot2). Men zegt hier, dat de Koningin Moeder grooten invloed op den Koning heeft; wat dunkt u, zal ik haar ‘une lettre touchante’ schrijven? A la Haye, ce 23e Novemb. 1662. |
|