Briefwisseling. Deel 5: 1649-1663
(1916)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend5683. Aan graaf F. van DohnaGa naar voetnoot2). (K.A.)Van mij moet gij geene verklaring verwachten van den nieuwen komeet. Misschien weet mijn zoon er meer van ‘Et sans mentir je croy que qui passeroit durant ces belles nuicts par les rues de Paris, il ne sçauroit manquer de l'y veoir ça ou là le telescope au poing avec de sesGa naar voetnoot3) illustres collegues mathematique à chevauchons sur les toits, gelyck de vier Heemskinderen, ou comme feu ma mere nous comptoit de la nonnain qui dès le troisiesme jour de son entrée au couvent schrijelings op het dack sat en riep, Ick will mans sien. De sorte que nous aurons bonne année d'observations et de discours sur icelles à perte de veüe’. De menschen hier kijken druk naar den komeet en maken er 's avonds een relletje van. 14 Feb. 1661. Wij zullen nog moeten wachten op het resultaat van verschillende waarnemingen, voordat wij het ware van den komeet weten. |
|