Briefwisseling. Deel 5: 1649-1663
(1916)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend5006. C. CalandriniGa naar voetnoot9). (L.B.)Ik dank u zeer voor het zenden uwer Momenta desultoria. Al sedert lang bezit ik uwe OtiaGa naar voetnoot10), ‘esquelles aussi de vostre grace vous m'aviez donné une | |
[pagina 30]
| |
part illustre et prophetique en Caesar Caesarulis dabit, Elizabetha KalandrisGa naar voetnoot1). Die voorspelling is wel uitgekomen; ik heb nu een kleinzoon, die ook Caesar heet. Mijn broer Jean Louis schrijft uit Genève, dat Jean DiodatiGa naar voetnoot2), professor in de theologie, op 73-jarigen leeftijd is gestorven; zou dat voor u geen geschikt onderwerp zijn voor een gedicht? Zijne Latijnsche vertaling van den bijbel heeft hij niet mogen voltooien, en hij meende, dat dat zijne taak op aarde was, zooals ik hem te Dordrecht heb hooren zeggen. Voor uwe moeite in de bekende zaak dank ik u ten zeerste, evenals voor uwe belofte. De Londr[es], 10 Nov. 1649, nostre styleGa naar voetnoot3). |
|