Briefwisseling. Deel 4: 1644-1649
(1915)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend4798. Graaf Hendrik van Nassau. (H.A.)Op het verzoek namens mijn zwager, den graaf van WitgensteinGa naar voetnoot5), heb ik nog geen antwoord ontvangen. Gisteren kreeg ik bevel de compagnie van kapitein WterwijckGa naar voetnoot6) naar Aardenburg te zenden. Er blijven hier nu slechts 20 compagnieën over; de officieren klagen over al den wachtdienst, dien zij moeten doen. Kan Wterwijck, die naar een ander garnizoen verlangt, niet alleen gaan en zijne uitstekende compagnie hier laten? Kon ik maar eens naar den Haag komen, daar toch mijn verzoek aan de Provinciën om hooger tractement als gouverneur ‘seer weijnich avanceert.’ Hulst, den 12 Aprilis 1648. |
|