Briefwisseling. Deel 4: 1644-1649
(1915)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend4708. J. van SpijckGa naar voetnoot4). (A.B.)Sedert uw zoonGa naar voetnoot5) hier is gekomen, valt er niets van belang te berichten. ‘Overmits het gedurighe quaet ende ongestadighe weer valt hier weinigh tijdsverdrijff voor S. Hooch.t, die meest tot op ofte over de middagh toe te bedde blijft liggen. Gisteren middagh gingh S. Hooch.t, in plaetse van aen de tafel te gaen, noch op de jacht, ende quam tegens den avont eerst heel kout thuijs, hebbende een' hase wel vier uren gejaecht gehadt, ende overmits den avont viel deselve niet gevanghen.’ Z.H. gaat nog naar Cleve, maar het is nog niet zeker, wanneer hij naar Dieren vertrekt. Tot Zuijlestein, den 28en Novemb. 1647. |
|