Briefwisseling. Deel 4: 1644-1649
(1915)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend3966. A. de PollotGa naar voetnoot6). (L.B.)De vijand heeft het grootste deel van zijne werklui en sloepen naar den polder de Hopeldick(?) gezonden en ze weggenomen van het kanaal en van de vestingwerken tusschen de forten S.t Marcus et het Roode Huis. De werklui zijn echter vroeger al twee malen uit den polder teruggeroepen en eenige deelhebbers zijn niet geneigd te betalen en laten zelfs een deel van hunne landerijen verkoopen; anderen daarentegen denken, dat alles terecht zal komen en de oogst de kosten van het bedijken wel zal dekken. Ik hoop te weten te komen, of de gouverneur van Hulst van plan is nog verder in den polder te laten werken; in dat geval zou het niet kwaad zijn er wat land te koopen. Ik hoop mijne compagnie hier te krijgen, anders verloopt zij heelemaal; des noods kan ik ruilen met een ander. Du fort S.t Anne dans le polder de N[amur], le 4 Juin 1645. |
|