Briefwisseling. Deel 4: 1644-1649

3890. Aan D. Heinsius. (K.A.)

‘Triumviris, qui ad opera Gomari praefati sunt⁴⁾, prospectum est ut decuit et tu monuisti; simul atque illos nummulos a thesaurario nactus fuero, tibi transmittentur, ut porro Groningam, nisi grave est, cures; graves quidem non esse, ut clitellas frangant, facile conjicies. Eâdem operâ tibi quoque ingens donum tradetur pro affectu, quo de Sassa expugnata triumphanti gratulatus es⁵⁾. Boxhornio item nostro, pro grandi oratione eiusdem argumenti⁶⁾’. Hierbij gaat een werkje van mij, door Barlaeus uitgegeven. 1 Febr. 45.

4) In 1644 waren te Amsterdam verschenen Francisci Gomari, Brugensis, Opera Theologica omnia, maximam partem posthuma, edita a discipulis Joh. Vereem, Ad. Sibelius, Mart. Ubbenius.
Zie over Gomarus, III, blz. 146.
Johannes Vereem, geb. te Amsterdam, werd 16 Aug. 1617 als student te Groningen ingeschreven; van 1629 tot zijn dood (1655) was hij predikant te Meeden.
Adolphus Sibelius, geb. te Elberfeld, werd 8 Juni 1625 als student te Groningen ingeschreven; hij werd in 1634 predikant te Warfhuizen en in 1646 te Warfum, waar hij in 1653 stierf.
Martinus Ubbenius werd 6 April 1622 als student te Groningen ingeschreven; hij werd in 1634 predikant te Loppersum, in 1638 te Warffum, in 1646 te Enkhuizen en in 1650 te Leiden, waar hij in 1661 stierf.

5) Dit gedicht schijnt verloren te zijn.

6) Zie No. 3831.