Briefwisseling. Deel 3: 1640-1644
(1914)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend3560. Aan prinses Amalia van Oranje. (H.A.)*Z.H. is door uw brief gerust gesteld aangaande de ongesteldheid van Uwe Hoogh. Hierbij gaat een brief van den heer de BeringhenGa naar voetnoot3), waaruit blijkt, dat het Fransche hof er op aandringt, dat wij iets belangrijks ondernemen. - Uit Grevelingen wordt bericht, dat de loopgraven vorderen en de vijand niet meer dan 8000 man kan bijeenbrengen voor het ontzet. De heer de GuiseGa naar voetnoot4) is met zijne twee broeders en een groot gevolg, maar met heel weinig vrijwilligers, in het Fransche kamp aangekomen; hij schijnt op vreemde wijze geld daarvoor te hebben gekregen. De hertog van Bouillon is van Genua naar Rome vertrokken. De heer de TurenneGa naar voetnoot5) is in groot aanzien bij het hof, omdat hij het regiment van MercyGa naar voetnoot6) heeft verslagen. - In Engeland zien de zaken er niet best uit; prins RupertGa naar voetnoot7) is ver weg en prins MauritsGa naar voetnoot8) zal zich wel niet met den Koning kunnen vereenigen. Kolonel Wijnberghen is onder een schandelijk voorwendsel op weg naar Spa bij Limburg gevangen genomenGa naar voetnoot9). Au camp à Assenede, le 26e de Juin 1644. |
|