Briefwisseling. Deel 3: 1640-1644
(1914)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend3556. J. van Reede. (H.A.)‘Tsedert mijnen laesten van [den] 17en hebben wy niet anders als dat den Coningh sou wesen gearriveert met syn leger te Screwsbury, om te communiqueren met prins RobbertGa naar voetnoot3), die men nu meijnt sterck te sullen syn 30 m. man, daeronder 13 m. paerden. Van Jorck spreeckt men divers, den eenen, dat het in noot is, den anderen contrarie, en verwonderen haer, waer prins Robbert soo lang is geweest. Wij hebben op Maendach audientie versocht aen t Parlement en tot noch toe geen connen becomen, niettegenstaende daechlycksche devooren. Wij crijgen alle dagen nieuwe clachten van onse schippers, die, omdat sy op des Conincks landen varen, worden genomen, en geschiet groote schade aen de Hollanders.’ London, 24 Junij 1644. Wilt gij er op letten, of de brieven ook zijn geopend? |
|