Briefwisseling. Deel 3: 1640-1644
(1914)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend3495. Aan prinses Amalia van Oranje. (H.A.)*Z.H. is eergisteren tot Utrecht gegaan, vandaar den volgenden dag over Amersfoort en Voorthuizen naar Beekbergen, ‘village de maisons esparses, et où les plus delicats de nos messieurs ne furent pas trop satisfaicts de ne trouver que de la paille pour matelas, et force porceaux dans leurs ruelles’. Vandaar | |
[pagina 475]
| |
is Z.H. heden om 11 uur hier aangekomenGa naar voetnoot1). ‘Les deux compagnies de cavallerie qui sont icy en garnison sont venues au devant d'elle à une demie heure de chemin, et M. le baron de Dona, le fiancéGa naar voetnoot2), n'a pas voulu manquer de s'y trouver en poste, pour rendre ce debvoir à son general, le respect l'ayant emporté sur l'amour’. Al de colleges van het kwartier van Gelderland hebben Z.H. begroet en morgen begint men met de zaken, die wel een dag of acht zullen duren. - Er wordt uit Rhijnberk bericht, dat troepen van de Landgravin, die, uit Nuis getrokken, bij het dorp Merode twee stukken geschut en anderen buit behaald hadden op troepen van den hertog van Lotharingen, op hun terugtocht geheel en al verslagen zijn door den vijand, die zich hersteld had. Het heet, dat het verlies acht compagnieën ruiterij en 500 man voetvolk bedraagt. A Zutphen, le 14e d'Apvril 1644. |
|