Briefwisseling. Deel 3: 1640-1644
(1914)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend3131. J. de KnuijtGa naar voetnoot7). (H.A.)Hierbij gaat eene lijst van de zaken, waarover de Staten van Zeeland in September zullen beraadslagen. ‘Op dese uijre over de questie van een gecocht | |
[pagina 342]
| |
paert is een groot aental van t gespuys van de gemeente hier vast doende met t huys van den ambassadeur van PortugaelGa naar voetnoot1) te bestormen; Syn Ex.cie ende gevolgh achter over tschutsel door den hooff in d heer SchottesGa naar voetnoot2) huijs gevlucht sijnde, wort t selve huys niet weynich oock gedreijght; de magistraet kan difficilyck de schutterije in wapen brengen, om t selve te stuiten; sy selve genouchsaem en corps ofte groot gedeelte gaen derwaerts, om provisionelyck eenige ordre te stellen. Vorige onfaetsoennelycke acten, by de dienaers begaen, vermeerderen dit quaet ende d'onlust van de gemeente; al tgepasseerde wort vernieut ende compt te voorschyne, insunderheyt het ongeschyckt vuyl geritt van de carosse, die door eenige notable, geheel naeckt met een bloot rappier elck in de handt, soo van binnen als op elck paert becleedt, de weg tusschen Ryswijck ende Voorburgh op een schoonen dach verleden weeke heeft betredenGa naar voetnoot3)’ ..... Haga, den 30en Augusti 1642. |
|