Briefwisseling. Deel 3: 1640-1644
(1914)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend2569. S. van Haersolte. (H.A.)Kapitein Thomas van der LawickGa naar voetnoot4) stelt mij in kennis ‘vant gunt dat d'heer graeff Willem van Nassawen an den commendant van Isendijck heeft geschreven, t welck mijnes bedunckens vreemt ende van groeten gevolghen sol sijn, dat syn genade, opholdende de patente van syn Hoecheit, daermede het favoer, dat syn hoechgemelte Hoecheit in desen belieft heft te doen, sou kunnen doen veranderen ende an sich trecken datte selve niet toekoemt’. Ik hoop, dat gij er voor zult zorgen, dat zulk eene verandering niet plaats heeft. Bedenk eens, ‘watten prejuditie, dattet mij sol geven bij allen, dat syn Hoecheit, doer mijn versoeck dit patent geaccordeert hebbende, daernaer sol sijn verandert’. Zwol, den 9en Novemb. 1640. |
|