Briefwisseling. Deel 3: 1640-1644

[p. 117]

2564. M. Mersenne¹⁾. (L.B.)

De heer Bannius vergist zich geheel, wanneer hij spreekt van de accenten in onze taal en spreekt dus geen billijk oordeel uit over de werken van den heer Boësset²⁾. Ik voeg een afschrift van zijne critiek hierbij. Wat zegt Juffr. Schurmans wel van zijne opmerkingen? Ce 3 Novembre 1640.

1) Een enkele zin uit den brief is uitgegeven door Jonckbloet en Land, t.a.p., blz. LXXX, waar ook het heele betoog is afgedrukt, dat bij dezen brief behoort (blz. LXXX-XC), gedateerd van 14 Nov., en ook het Jugement d'un tresorier general sur la lettre de Mr. Bannius van 6 Dec. (blz. XCI-XCIV), dat op dezelfde zaak betrekking heeft. Bannius kwam er weer tegen op in een lang betoog, dat hij 12 Jan. 1641 aan Huygens richtte (t.a.p.. blz. XCIV-CVII).

2) Zie blz 50.