Briefwisseling. Deel 3: 1640-1644
(1914)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend2558. P. PostGa naar voetnoot2). (L.B.)Neevens deesen wert gesonden een teijckeningh tot de plantagieGa naar voetnoot3). Soude wel meer daervan schrijven, dan soo ick verstaa, dat mondeling beeter de meeningh sal doen verstaen, sal daernaer waghten, alsoo de meeningh is met Mons.r van Campen eersdaagh in den Haagh te coomen, weegens het gebouw in t Noort Eijnde, en in geval Mons.r van Campen niet comt, sal ick eens moeten overcoomen. Aen t geteekende heck van Mons.r van Campen hebbe een kleen memoriken gespelt, weegh[ens] swaarten van stylen en sporten. Den brieff van Mijnheer sijn dienaer hebbe huijden morgen ontfanghen; de teijckeningh sou all eerder gesonden hebben geweest, dan hebbe geacht seekerder te scheep dan te waagen te sijn. Waerin ick Mijnheere kan dienen, heeft te gebieden, sijnde .... In Haerlem, den 23 October 1640. |
|