Briefwisseling. Deel 2: 1634-1639
(1913)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend2206. Aan prinses Amalia van Oranje. (H.A.)Er is in de laatste vier dagen niets gebeurd, dat de moeite waard is om te schrijven. Misschien brengt het tractaat van Wesel eenige verandering. - De Kardinaal Infant is Zaterdag in zijne mooie, vergulde sloep van Antwerpen naar Mechelen gegaan en vandaar over Leuven naar Diest. Waar het gros van het vijandelijk leger is, begrijpt men niet; misschien is er geen eigenlijk hoofdleger, maar zijn al de troepen verspreid in afdeelingen van 3 à 4000 man. Bij Venlo is eene aanzienlijke macht, bij Weert 3 à 4000 man, bij Diest zijn ook troepen. Maar zulke afdeelingen kunnen spoedig bijeengevoegd worden, zoodra wij iets ondernemen. Z.H. ging gisteren eten te Meurs en was zeer uit over de plaats en over de heerlijke lucht; hij zou er 's zomers wel eene maand willen zijn. - De heer CravenGa naar voetnoot2), uit de gevangenis ontslagen en nog lijdende aan zijne wonden, was een paar dagen hier; hij gaat nu naar den Haag en dan dadelijk naar Engeland voor familiezaken. - Luitenant-kolonel HallardGa naar voetnoot3) is met 15 of 17 compagnieën, die men in Zeeland had achtergelaten, voor Grave aangekomen. A Rhinberck, le 18e d'Aoust 1639. |
|