Briefwisseling. Deel 2: 1634-1639
(1913)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend2144. Aan prinses Amalia van Oranje. (H.A.)*Het weer is in eens veranderd; het is nu heel warm geworden en Z.H. stookt niet meer. - Er is nog al geen belangrijk nieuws van Hesdin; het garnizoen, dat 5 à 600 man sterk is, houdt zich kranig. - De heer d'Amontot doet allerlei dwaze verhalen over de nederlaag bij Thionville, alsof de Franschen eigenlijk overwinnaars zijn geweest. Al die praatjes zullen wel worden tegengesproken door het uitvoerig verslag van Piccolomini aan den Keizer. Eenige Fransche officieren en regimenten zullen zich hebben te verantwoorden. De heer de Chastillon verzamelt de overblijfselen van het leger en volgt Piccolomini. - De tochten van graaf Hendrik in Brabant maken de menschen erg bang. De hertog de Bouillon is met zijne cavalerie te Bergen aangekomen. Kardinaal de la ValletteGa naar voetnoot6) is gelegerd in Picardië en de hertog de LonguevilleGa naar voetnoot7) moest de bergen overtrekken. Madame de SavoyeGa naar voetnoot8) heeft al hare steden, behalve Turijn, aan den Koning moeten overgeven. Au camp soubs Philippine, 27e de Juin 1639. |
|