Briefwisseling. Deel 2: 1634-1639
(1913)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend2081. J.C. PuteanusGa naar voetnoot4). (B.M.)Ik ben met den brief van vrijgeleide, mij door u gezonden, naar mijn stuk land in Uthem gegaan. Maar de soldaten van Bergen-op-Zoom hebben zich om dat vrijgeleide niet bekommerd, doch mij met geweld weggevoerd en | |
[pagina 447]
| |
geld geeischt. Een paar dagen daarna deden zij hetzelfde en verachtten mijn aanbod van ƒ 150. Toen zij 's nachts met ons het fort Grobbendonck naderden, hebben soldaten van den Koning op hen geschoten en hen verjaagd; ik ben er ongedeerd afgekomen en naar Leuven teruggereisd. Kunt gij niet zorgen, dat mij recht geschiedt? Ik zou gaarne naar Holland willen komen, om mij bij de Staten Generaal te beklagen over de willekeurige handelingen der soldaten van Bergen op Zoom, waaraan ook mijn schoonvader heeft blootgestaan. - De Lucubrationes van mijn vader zullen spoedig het licht zien; ook de Quarta Epistolarnm centuriaGa naar voetnoot1) is ter perse. Lovanij, in Arce, XIV Kalendas Majas (= 18 April), MIƆCXXXIX. |
|