Briefwisseling. Deel 2: 1634-1639
(1913)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend1847. Aan prinses Amalia van Oranje. (H.A.)*Z.H. is gisteren met eene sloep naar Maartensdijk gevaren; na zijne terugkomst zijn wij, daar de wind opstak, den heelen nacht verder doorgezeild. Hier bij Geertruidenberg zijn al vele troepen. Graaf Willem heeft Z.H. bezocht; hij is nog niet zoover als wij dachten, maar heden is hij uitgezeild. De vijand | |
[pagina 363]
| |
heeft blijkbaar met kanonnen geschoten op de vloot, toen deze Santvliet voorbijkwam. - Z.H. voelt zich heel goed. - In de laatste dagen hebben wij niets gehoord van het land van Waes. - Het beleg van S.t Omer duurt nog voort, maar de Franschen loopen meer het land af dan dat zij de stad belegeren. Men zegt, dat de maarschalk de la ForceGa naar voetnoot1) het leger van den heer de Chastillon steeds meer en meer nadert. Te Maastricht is pater VinckGa naar voetnoot2) ook geëxecuteerd en zal de zaak van den rector der Jezuïeten, die hersteld isGa naar voetnoot3), op nieuw onderzocht worden. Au camp à Noordgeest, proche de Berghe, le 13e de Juin 1638. |
|