Briefwisseling. Deel 2: 1634-1639
(1913)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend1266. D. de Wilhem. (L.B.)CatshusenGa naar voetnoot6) heeft werkelijk zijn best gedaan. De kolommen zijn nog niet aangekomen en daardoor is er vertraging met het werk. ‘Mittimus nunc argentariorum responsorias literas. Ego ver[o dub]ito, an Princeps habeat justam caussam actionis, propter quam ab ipsis exhiberi desideret rationes. An non in proclivi est, viduam quaestorisGa naar voetnoot7) compellare nobis edere rationes, exhibere rationum codices illarumque documenta? Hoc pacto habebimus, quod hactenus non potuimus obtinere, id est cardinem totius rei, illarum rationum caussas, pondera atque momenta’. Daar kan men meer uit halen dan uit de | |
[pagina 118]
| |
opgaven van Willem Schuyl, den schoonzoon van BartolottiGa naar voetnoot1), en uit die van Wicquefort. De heer van CampenGa naar voetnoot2) mocht wel eens naar uw huis komen kijken; het gaat niet veel vooruit. 26 8b (Oct.) 1635. Hagae. |
|