Briefwisseling. Deel 2: 1634-1639
(1913)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend1014. A. PloosGa naar voetnoot7). (H.A.)‘De vergaderinge is swack; ick ben alleen van wege de Provincie’; bijna iedereen is weg. Morgen zal worden voorgesteld, ‘dat een petitie van vyfhondertdusent gulden tot de legerlasten aen de Provincien mochte werden gesonden’. De heer HeninGa naar voetnoot8) zal het niet lang meer maken; ‘zyne | |
[pagina 25]
| |
papieren, wesende van importantie’ moeten in handen gesteld worden van Z.E. De heer de BeaugyGa naar voetnoot1) is gisteren uit Hellevoetsluis uitgezeild. De resident BoswellGa naar voetnoot2) vroeg mij, waarom er geen gezantschap naar zijn Koning wordt gezonden. De agent Van der VekenGa naar voetnoot3) ‘seyde in confidentie last van den bisschop van LuickGa naar voetnoot4) ende de notabelste van de regierende te hebben, om te sonderen, of alhyer inclinatie soude wesen tot de neutraliteyt van de stadt Mastricht, indien zy tot Brussel sulcx te wege conde brengen, rememorerende mede dat van Rhynberck, voor desen versocht. Ik hebbe geantwoordt, dat dit een delicate sake was, vol van consideratien, ende dat daerinne sonder advis van zyne Ex.tie in allen gevalle niet en soude werden gedaen’. Hierbij gaat kopie van het schrijven van den gezant PauwGa naar voetnoot5). Hage, den 25en 7b (Sept.) 1634. |
|