Briefwisseling. Deel 1: 1608-1634
(1911)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend749. Aan C. Barlaeus. (K.A.)De Prins heeft bevolen u ƒ 400 te zenden als belooning voor uw gedichtGa naar voetnoot1). Ik zend u hierbij een bewijs; gij kunt daarop het geld innen bij mijn bloedverwant BeckerGa naar voetnoot2) te Amsterdam. Het spijt mij, dat deze zaak niet eerder in orde is gekomen. Hag. Com., Non. (5) Jan. anni CIƆIƆCXXXIII. |
|