Briefwisseling. Deel 1: 1608-1634
(1911)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend78. Aan zijne ouders. (K.A.)*Sedert ons vertrek uit den HaagGa naar voetnoot3) hebben wij geslapen te Bodegraven, te Utrecht, Sonsbeek, Neusz en nu te Keulen, waar wij vandaag rustig blijven; wij kunnen dan tevens de groote processie zien. De stad is vol vreemdelingen. Morgen gaan wij naar Frankfort - de tocht zal 2½ dag duren - en dan naar Heidelberg; er zijn 19 paarden voor ons gehuurd, want wij reizen niet per rijtuig, wegens het gevaar voor de troepen van den Heer van AnholtGa naar voetnoot4), en gaan hier den Rhijn over. Wij zijn allen gezond. De Coulogne, ce 1r de May 1620. |
|