7 16 + Homulus Herman van Borculo
Volgens 1 Van Selm blz. 86 e.v. thans in Nederlands particulier bezit; voorheen collectie Arenberg.
| Een Comedia ofte Spel || Van Homulus, daer in bethoont wert, wat || loon dat de Sonde geeft, nae || melijck de Doot, ende hoe den Men- || sche dan alle creatueren ver- || laten, alleene zyn deucht || staet hem daer bij. Seer ghenoechlijck ende korts- || willich voor allen Menschen, ende seer nutte- || lick om te weten. Van nieus oversien ende verbetert || (houtsnede: een geknielde man en de Dood met een speer, wimpel: Nemini pro qui vivit in coelo) Der Sonden loon is de doot Rom V. |
| (aan het eind): Ghedruct tot Utrecht by Harmen van || Borculo woonende onder den Domstoorn, || int vlieghende Hart. |
| 8o. 32 bl. 36 rr. sign. A1-8-D1-8. Naar 1 Van Bart blz. LVII. Jongere uitgaven aldaar blz. LVII e.v. en vgl. 1 Van Selm blz. 87 e.v. Moderne herdruk aldaar blz. 1 e.v. Over de verhouding tot het origineel (J.v. Genneps Der sünden loin ist der Toid) ald. blz. XXX e.v. |
| personen (volgens lijst): Homulus; Homulus Huysvrou; Die Maecht; Jorigen; Hans; Peeter; Diederic; Gerrit; Melusina; Die Woutbroeder; De Doctoor; Larnicula; Crambarabas; Duyvel; Godt den Vader; Godt den Soon; Den Engel; Die Doot; Moyses; Die Sonde; Die Biechtvader; Rijckdom; Sterckheyt; Schoonheyt; Verstandt; Vijf Sinnen; Deuchde; Bekentenisse. |