N 2r. | T'seste Spel, van die Wercken der bermherticheyt, || En is lanck 1674. Reghelen. || Personagien vande Prologhe. || (volgt lijst) || Personagien van t'Spel. (volgt lijst). |
N 2v. | Prolooch. (volgt naam van het eerst optredende personage) (volgt prentje: bezoekers bij een man die op bed ligt) (volgt de tekst van de proloog). |
N 3v. | (einde van de proloog) Hier begint het seste Spel, (volgt de tekst). |
Q 8v. | Hier eyndet seste Spel. |
| personen: Menich Bottaert p; Twee Rethrozijns p; Dienst om Loon; Onverduldich Lyden; Patientia per Forts; Meest al de Werelt; t'Liefste Soonken; Bedorven Kindeken; Vreese voor Sterven; Hope van Ghenesen; Goet Onderwijs; Broederlijcke Liefde; Gheloovich Herte; Cleyn Menichte; Lichamelijcke Crancke; De Medecijn der Sielen; Geestelijcke Troost; Bedructe Nature; Twee Joncxkens. |
| inhoud: 1 Schotel blz. 275 e.v.; 1 Ellerbroek blz. 75 e.v. |