[Divisés, divísi]
Divisés, divísi, verdeeld. Gewoonlijk is het strijkorkest verdeeld in vijf partijen: 1e en 2e violen, alten, celli en contrabassen. Voor speciale effecten kan een of meer van deze partijen weer onderverdeeld worden, wat verduidelijkt wordt door het bijschrift divisi. Een beroemd voorbeeld is het cellokwintet, waarmee de Ouverture ‘Guillaume Tell’ van Rossini opent; de inzet van het Vorspiel ‘Lohengrin’ vraagt vier soloviolen en de overige violen over