X-Y-Z der muziek
(1936)–Casper Höweler– Auteursrecht onbekend
[pagina 210]
| |
rillon zou men het best de ontwikkeling van de moderne middelen (harmonieën, instrumentatie) en van de wijze van hooren kunnen aantoonen. Wij noemen slechts drie voorbeelden: het ‘Carillon’ uit Bizet's L'Arlésienne’, het begin van de Kroningsscène uit Moessorgski's ‘Boris Godoenof’ en het slot van Ravel's ‘Ma mère l'Oye’. |
|