heime rapport zitten te lezen?’
‘Geheim?’ vroeg Anke geschrokken.
‘Wat staat hier?’ blafte Leo.
‘God ja,’ zei Anke, ‘dat had ik niet gezien.’
‘Dat had je niet gezien en wat moet ik nou als Van Zutphen weer merkt dat het uitgerekend hiér uitgelekt is?’ vroeg Leo huilerig.
‘Er staat toch niets in,’ zei Anke troostend.
‘Dat doet er niet toe, daar gaat het niet om, het gaat om...’ Leo moest er toch wel even over nadenken, ‘het gaat om het principe dat mijn post hier opengemaakt wordt en gekopieerd wordt en rondgedeeld wordt in dertigvoud, daar gaat het om,’ zei Leo en was niet ontevreden.
Anke zuchtte verslagen.
‘Ik heb het niet gedaan.’
‘Wie dàn?’ vroeg Leo en stond op zodat hij weer een beetje op Anke neer kon kijken.
‘Kees van Doornen stond achter me en toen las hij mee.’
‘Jezus Maria,’ zei Leo.
‘Wat gaat u nu doen?’ vroeg Anke angstig.
‘Ik ga al die smoelen dichtnaaien,’ riep Leo, ‘haal ze allemaal hier, direct.’
‘Zou u de groepskamer dan niet nemen, professor?’
‘Ja natuurlijk,’ zei Leo.
‘Maar er is nu practicum,’ zei Anke bedeesd.
‘Dan donder je de studenten er maar uit,’ adviseerde Leo.
‘Dat kan ik toch niet doen professor,’ smeekte Anke wanhopig.
‘Nee kind, maar ik wèl,’ zei Leo en draafde de gang op. Bij de eerste de beste deur hield hij halt, tikte kort en stapte driftig binnen. De studenten, die een stank geproduceerd hadden waarvan men niet verwachten zou dat deze van zulke mooie jonge lichamen afkomstig was, waren verbijsterd.
‘Dames en heren, wilt u zo goed zijn om dertig minuten