men, waar zy hem Coridon doopten: dog alzoo hy bewust was dat den jongen vander Kabel die naam gegeven was, en zulks voorstelde, veranderden zy dien naam in Polidoor. Maar Carel du Jardyn, met wien hy wel meest te Rome omgang gehouden heeft, wilde zig niet onder de bentvogels begeven, nog zig laten inschryven, waarom zy hem Bokkebaart noemden, of om dat hy zig zelden liet scheren, of uit kwaatheid, gelyk zy om de zelve rede een anderen konstschilder met den schandelyken bentnaam Platluizenbaart gebrantmerkt hebben.
Na dat onze Glauber nu twee jaren te Rome had geweest, vertrok hy, verzelt met zyn Broeder en den Konstschilder Robbert du Val, naar Padua, daar hy een jaar bleef, en van Padua naar Venetien, daar hy zig twee jaaren ophield, met dagelyks zig naar 't leven, als fraaije voorbeelden, te oeffenen, van waar hy naar Hamburg vertrok daar hy gewoont heeft tot het jaar 1684. uitgezondert, dat hy ondertusschen een half jaar te Koppenhagen (ontboden van den Heer Guldenleeuw, Viceroy van Noorwegen) gewoont heeft, en voor gemelden Viceroy geschildert. Wedergekeert tot Amsterdam, woonde hy 'er, of had een kamer in 't huis van Ger: de Laires, 't zedert welken tyd hy vele treffelyke stalen van zyn Konst, zoo door 't schilderen van kabinetstukjes, als groote werken in zaalen, heeft doen zien, waar by zyn naam nog eeuwen lang zal levendig blyven, als die onder de grootste konstenaars van Landschapschilderen mag getelt worden.
Op 't Lusthuis te Soestdyk heeft hy de eetzaal van Koningin Maria met een geestig Landschap beschildert, als ook die van den Koning: dog