Geld verdienen zal ik er nooit aan. Briefwisseling Ed. Hoornik en A.A.M. Stols, 1938-1954
(1999)–Ed. Hoornik, A.A.M. Stols– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 113]
| |
85 Ed. Hoornik aan A.A.M. Stols, 23 december 1939[Amsterdam,] 23-XII [19]39
Beste Sander Tegelijk met den bundel van Lehmann zond ik je den bundel van Aafjes; er zijn dus thans vier bundels in je bezit.Ga naar eind303 Vestdijk, Kemp, Hendrik de Vries en Achterberg volgen in Januari. Tergast komt, denk ik, in Maart. Het zou misschien goed zijn te kunnen aankondigen: De Zwanenreeks, waarin opgenomen het tijdschrift voor poëzie ‘Helikon’, maar dit kan m.i. alleen, wanneer Jo Landheer daar geen bezwaren tegen heeft.Ga naar eind304 Ik zal Pierre Kemp schrijven zich met Boosten & Stols in verbinding te stellen. Gaarne ontving ik zijn brief terug. E. du Perron schreef mij, dat hij een groot gedicht voor de helft klaar heeft; hij weet niet, wanneer de andere helft komt. Op hem rekenen kunnen we dus niet.Ga naar eind305 Maar ik heb nog toezeggingen van Franquinet, Morriën, Eric v. d. Steen en Top Naeff, terwijl ik nog hoop op Nijhoff.Ga naar eind306 Met het concept-contract kan ik niet geheel accoord gaan. Ik hoop, dat je tegen de door mij aangebrachte wijzigingen geen bezwaren koestert.Ga naar eind307 E. du Perron verzocht mij nog je te vragen hem de bundels te sturen, die jij van Den Brabander, Van Hattum en mij uitgegeven hebt.Ga naar eind308 Hartelijke groeten Je Eddie |
|