Geld verdienen zal ik er nooit aan. Briefwisseling Ed. Hoornik en A.A.M. Stols, 1938-1954
(1999)–Ed. Hoornik, A.A.M. Stols– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 62]
| |
36 A.A.M. Stols aan Gerard den Brabander, Jac. Van Hattum en Ed. Hoornik, 8 maart 19398-3-1939Ga naar eind123
Beste Lieden, Zooals U bekend is, bedroeg de oplage van Drie op een Perron 350 exemplaren. Weliswaar waren er enkele meer gedrukt met het oog op auteurs-exemplaren en exemplaren voor de kritiek, doch het blijkt nu, dat ik met liberaliteit onder de critici gezaaid heb, en dat ik het aantal verkoopbare exemplaren niet op 350 kan stellen. Tant pis pour moi; contract is contract, en ik wil mijn verplichtingen nakomen. In 1938 zijn van den bundel verkocht 217 exemplaren, tot op heden in 1939 31 exemplaren, dus totaal 248 exemplaren. Het mogelijke totale honorarium voor den bundel bedraagt volgens contract 350 x 19 ct = ƒ66.50, of voor ieder van U ƒ22.17. Nu hebben den heeren Hoornik en Den Brabander voor bun aandeel reeds ontvangen een bedrag van ƒ25.-, nl ƒ10.- ieder in het begin, en daarna ieder ƒ15.-. Elk dezer rekeningen is dus overschreden met ƒ2.83. Ik zal dus deze bedragen overboeken resp. op de honorarium-rekening van ‘Steenen’ van Hoornik, en van de Rilke-vertaling van Den Brabander. De heer Van Hattum heeft dus nog tegoed een bedrag van ƒ12.17; teneinde ook ten zijnen aanzien de rekening geheel te vereffenen sluit ik hierbij een postchèque van dit bedrag in, en ik verzoek hem mij de ontvangst te willen bevestigen. Misschien zal het noodig blijken, tegen het najaar den bundel Drie op een Perron te herdrukken; ik wil evenwel eerst even afwachten, wat de verkoop van de in commissie gezonden exemplaren oplevert. In geval van herdruk bied ik de heeren 15% per verkocht exemplaar gezamenlijk als royalty aan. Mag ik hierop Uw gezamenlijke en door ieder van U onderteekende principieele beslissing vernemen? In afwachting van Uwe berichten verblijf ik gaarne, met vriendelijke groeten, |
|