Hoe men zijn brood verdient. ABC(1855)–Adriaan van der Hoop jrsz.– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 15] [p. 15] Kruidenier. ‘Kruidenier, wat tal van waren Heb jij in je winkel staan! Daar is haast geen tellen aan, 'k Kan mij zelven niet verklaren, Dat gij alles daadlijk vindt En niet in de war raakt, vrind!’ Och heel maklijk, kleine maats, Alles heeft zijn vaste plaats. Vorige Volgende