De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 3

Derde deel

Regelnummers proza verbergen

[p. 441]

1122 Weleedelen, gestrengen, manhaften Heere, Mijnen Heere Joachim van Wikkevoort, Ridder, Raadsheere haarder Hoogheit van Hessen, in de Nieuwe Houtstraat, In Den Haaghe.

(v. Wickev.: 3 Nov^e 1642 M. Hooft)

L.

1Mijn' Heere ende Neeve,

2Ik twijfel bijkans, oft deeze 't geluk hebben zal van U. Ed. Gestr. 3 aan te treffen; dewijl 't mij zelve, nocht laastmaals in den Haaghe,³ 4 nocht seedert hier moght gebeuren. Wij vonden niettemin aldaar 5 U. Ed. Gestr. lieve helfte, en genooten, van haare beleeftheit, heele⁵ 6 siere, die dubbel geweest zouw zijn, zonder mangel der sause van 7 U. Ed. Gestr. jeeghenwoordigheit. Bij die geleeghenheit, maand' ik 8 mondelings den Heer van Zuilichom, om voldoening zijner 9 belofte, ook van weeghe mijner Hujsvrouwe, die al wat hoogh⁹ 10 spreekt,

Precibusque minas regaliter addit.¹¹

12Want zij praat van zijn bondtschrift ter burze te doen veilen: tot¹² 13 welke verkleening zijn' Ed. Gestr. het niet zal laaten komen; zoo ik¹³ 14 vertrouw; te meer, mits de zelve zich eenighszins geneeghen 15 toonde tot een' rejze naa Amsterdam, om zeekre nieuwe vondt van¹⁵ 16 waatermoolens te bezightighen. Waarop ik gezeidt heb, 't besluit 17 zijner Ed. Gestr. door d'uwe, te zullen verwachten. U. Ed. Gestr.¹⁷ 18 gelieve dan aanstendighlijk te verzoeken, dat de zijne gedient zij¹⁸ 19 (indien niet met tot Mujde, dewijl 't zoo laat in 't jaar schiet) ten¹⁹ 20 minste met alhier t'onzen hujze haare herbergh te neemen: gelijk ik 21 meede U. Ed. Gestr. bid te doen, met Mê Vrouwe haar gemaalin-22ne, teeghens de bruiloftfeest van Joffr^e Barlaeus: aangemerkt het²² 23 alsdan t'haaren hujze te onleedigh zal zijn. Zoo U. Ed. Gestr. mij²³ 24 den tijdt der herwaartskoomste van zijne ende U. Ed. Gestr. (want 25 ik hoop, dat d'eene der andre zal gezelschap houden) laat weeten,²⁵ 26 ik zal ook Joffr^e Tesselscha, daarteeghens verdaghvaarden:²⁶ 27 blijvende, in allen gevalle,

28Mijn' Heere ende Neeve,

3 dewijl: terwijl, met de bijbetekenis omdat, vgl. r. 19; 't: het aantreffen.

5 beleeftheit: goedheid; heele siere: buitengewoon onthaal (WNT heel (III) 263 α).

9 belofte: nl. van een bezoek.
die al wat hoogh spreekt: die nogal hoog van de toren blaast.

11 Precibus etc.: Maar aan smeekbeden paart despotisch hij dreiging. Ovidius, Metamorphoses 2, 397.

12 zij praat van: zij spreekt erover; bondtschrift: obligatie.

13 verkleening: smaad.

15 vondt: uitgevonden soort, nieuwigheid.

17 d'uwe: uwe edele gestrengheid; door d'uwe: via u.

18 aanstendighlijk: dringend.
de zijne (zijne edele gestrengheid, hij) gedient...neemen: indien het hem behage, zo al niet te Muiden (omdat het zo laat in 't jaar loopt), dan tenminste hier bij ons te logeren.

19 dewijl: nu, vgl. r. 3.

22 aangemerkt: aangezien.

23 onleedigh: druk. Van Baerle's oudste dochter Adriana, 28 october 1642 ondertrouwd met Carel de Wolff.

25 d'eene der andre: de ene gestrengheid de andere (Huygens en Van Wickevoort).

26 daarteeghens: tegen die tijd.

[p. 442]

29U. Ed. Gestr.

30Onderdaanste, ootmoedighste

31dienaar,

32P.C. Hóóft.

31T'Amsterdam, ij^en Nov.

321642.

33Aan Mê Vrouwe, onze welwaarde Nichte, gebieden zich, met 34 U. Ed. Gestr. verlof, wel hartelijk, ik ende mijn' hujsvrouw, met 35 dankzegging voor de eere en 't goedt onthaal, laastmaals ontfangen, 36 en beede, dat haare Ed. gelieve te denken aan de boodtschap, 37 waarmeê de mijne zich verstout heeft haare Ed. te moeijen, te 38 weeten van de perruik. Wij kussen in alle eerbiedenis haare handen.³⁸

Uitnodigingen.

38 perruik: pruik.

Origineel. UBA II C 13.191.